Integriteit en Compliance

Vorig jaar had ik vanuit verschillende invalshoeken te maken met vraagstukken van Integriteit en Compliance.

Hierbij kwamen onder meer aan de orde visie en missie van organisaties en personen, vertrouwen en de wil om iemand te vertrouwen, luisteren, bedrijfscultuur, onderlinge omgangsvormen, maar ook machtsmisbruik en mogelijkheden te frauderen. Waarden en normen, regels en gedrag, aanspreekbaarheid, communicatie, een risicomatrix – het bleek allemaal relevant voor het onderwerp.

Gaandeweg kwam ik tot de conclusie dat ik “bewust onbekwaam” was als het om dit onderwerp ging. Ik kreeg inzicht in de materie, maar ontdekte dat er nog veel was waarover ik niet of onvoldoende had nagedacht. Het onderwerp is veel breder, en nog belangrijker, dan ik had vermoed.

Om in een deel van de leemtes te voorzien volgde ik in december de meerdaagse training Governance en Integriteit bij de Bestuursacademie Nederland. Het was een eerste stap om mij verder in het onderwerp te verdiepen.

Ik ben Pleitbezorger van integer handelen, maar eerst en vooral wil ik verder onderzoeken wat dat betekent. In alledaagse omgang met mensen, in organisaties, op specifieke terreinen als haven en scheepvaart, in politiek en in internationale betrekkingen. In het nieuwe jaar 2022 ga ik er verder mee aan de slag. Op deze website zal ik daar af en toe verslag van doen.

Kapiteinsverklaring en Scheepsverklaring

Onlangs ontving ik een vraag naar het verschil tussen een scheepsverklaring en een kapiteinsverklaring, zoals die wordt genoemd in uitspraken van het Tuchtcollege voor de Scheepvaart.

Met de “verklaring van de kapitein” (of met een verklaring van andere bemanningsleden) in een uitspraak van het Tuchtcollege voor de Scheepvaart wordt bedoeld “een verklaring van de kapitein (of van andere bemanningsleden) afgelegd op de zitting van het Tuchtcollege”. Soms is er ook een verklaring van de kapitein (of van andere bemanningsleden) bij de door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) aan het Tuchtcollege aangebrachte stukken. Die verklaring wordt in een uitspraak van het Tuchtcollege ook wel “een (schriftelijke) verklaring van de kapitein (of van andere bemanningsleden)” genoemd. Voor het Tuchtcollege kunnen zowel de verklaringen ter zitting als de (schriftelijke) verklaringen in de stukken als bewijs dienen ten aanzien van de vraag die bij het Tuchtcollege voorligt of onzeemanschappelijk is gehandeld.

De term “kapiteinsverklaring” is niet in het Wetboek van Koophandel te vinden. Ingevolge artikel 353 eerste lid Wetboek van Koophandel kan de kapitein na aankomst in een haven door een notaris een “scheepsverklaring” doen opmaken omtrent de voorvallen van de reis (voor de binnenvaart geldt artikel 783 Wetboek van Koophandel). Ingevolge het tweede lid is de kapitein daartoe verplicht als het schip of de zaken aan boord schade hebben geleden of als een buitengewoon voorval heeft plaats gehad. Ingevolge artikel 355 Wetboek van Koophandel zijn door de kapitein aan te wijzen zeevarenden verplicht bij het opmaken van de scheepsverklaring hun medewerking te verlenen door van hun bevinding een verklaring af te leggen.

Voor het laten opmaken van een Scheepsverklaring kunt u bij mij terecht. Ik verwijs graag eerdere berichten op deze website: